skip to Main Content
Groene Mient

Groene Mient

image
Groene Mient: Luchtfoto
27.9.2022

Begin september 2022 vierden de bewoners van het sociaal, ecologische woonproject Groene Mient hun eerste lustrum. Er werd gegeten aan lange tafels in de gemeenschappelijke tuin. De gerechten die op tafel stonden waren door bewoners zelf bereid. Later op de avond kon er gedanst worden in de silent disco op het grasveld. De bewoners van dit bijzondere project tellen hun zegeningen. Arie Visser, penningmeester van de vereniging Groene Mient, vat ze samen: ‘We wonen op een geweldige locatie, midden in de stad. In duurzame huizen, met een hele lage energierekening en een mooie grote tuin.’ Green Cities Europe ging met hem in gesprek over het project en de lessons learned, vijf jaar na de oplevering. Ook spraken we met Conny van Leeuwen, lid van de tuingroep, die de plannen, aanleg en het onderhoud van de gemeenschappelijke tuin coördineert.

Facts & Figures


  • Locatie: Vruchtenbuurt in Den Haag

  • Omvang: 7.653m2, 33 woningen, gezamenlijke tuin

  • Opdrachtgever: vereniging Groene Mient (CPO), Den Haag

  • Ontwerp woningen: Bos Hofman Architektenkombinatie, Den Haag, en Fillié Verhoeven
    Architecten, Den Haag

  • Uitvoering: Sprangers Bouwbedrijf BV, Breda

  • Ontwerp wadi-systeem: Groene Mient, technische uitwerking: Graphorn Groen- en
    Infraprojecten, Ridderkerk

  • Realisatie: 2013 (start vereniging Groene Mient) – 2017 (oplevering)


De aanloop
Toen in 2017 de woningen werden opgeleverd hadden de 33 leden van de vereniging Groene Mient er al vier jaar van voorbereiding op zitten. Als toekomstige bewoners ontwikkelden zij het project zelf via het Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO). In deze bouwvorm treden de toekomstige bewoners op als gezamenlijk opdrachtgever. Begin 2014 nam de CPO een aankoopoptie op de grond waarop een voormalige school stond. Eind 2014 werd deze gesloopt, waarbij geschikte materialen werden bewaard voor hergebruik. Ruim een jaar later kon met de bouw van de 33 huizen worden begonnen.

Gemeenschappelijke waarden als leidraad
Gemeenschappelijke sociale en ecologische waarden vormen de leidraad van het woonproject Groene Mient. Deze waarden uiten zich in het streven naar zelfvoorziening van energie, het gebruik van niet-fossiele brandstoffen, het hergebruik van (bouw)materialen en water en toegankelijke en flexibele woningen. Maar ook in de gezamenlijke (buiten)ruimtes, waaronder een gemeenschappelijke ecologische tuin, met veel ruimte voor het verbouwen van voedsel. De naam Groene Mient is wat dat betreft goed gekozen: het oud Nederlandse woord ‘mient’ betekent gemeenschappelijke (duin)weide.

De woningen: eenheid in verscheidenheid
Het woonproject omvat drie woonblokken die zijn vormgegeven volgens een gezamenlijk ontwerp maar daarbinnen is iedere woning anders ingedeeld, naar de wensen van de individuele huishoudens. De drie blokken omsluiten een gemeenschappelijke binnentuin. De gevels van de woningen zijn deels bekleed met groengrijs leisteen, afkomstig uit de leigroeve Lugo in Spanje. Daarnaast bestaat de gevelbekleding uit verduurzaamd Douglas hout uit Scandinavië.
De huizen zijn zoveel mogelijk energieneutraal en hebben geen gasaansluiting. Visser: ‘Nu is gasloos bouwen de norm bij nieuwbouw maar destijds hebben we hiervoor als CPO een ontheffing moeten aanvragen bij de gemeente Den Haag.’ Er zijn woningen met een warmtepomp, ondergrondse koude-warmteopslag, douche-warmteterugwinning, extra zonnepanelen en/of een zonneboilercombi met warmteopslag buffervat. ‘Het is nog niet gelukt 100% energieneutraal te zijn, met alle maatregelen zitten we nu op 85%.’ Het typeert  de complexiteit van duurzaam en energieneutraal bouwen en wonen. Nog lang niet alle aannemers en leveranciers zijn hierop ingespeeld, hetgeen veelal zorgt voor hogere kosten en organisatorische problemen. ‘Dan moet je helaas wat concessies doen’, aldus Visser.

Lessons learned
Terugkijkend naar de afgelopen negen jaar (bij de oprichting van de vereniging) realiseert Visser zich dat Groene Mient onder een gunstig gesternte tot stand is gekomen. ‘Toen we begonnen was er sprake van een crisis in de bouw, waardoor we relatief gemakkelijk een geschikte aannemer konden aantrekken. Deze was bereid met ons mee te denken. Ook de gemeente werkte goed mee. Toch heeft hij wel een paar tips voor andere particuliere ontwikkelaars. ‘Houd het simpel, het is al ingewikkeld genoeg. Dan bedoel ik niet alleen qua architectuur maar ook qua inrichting van de huizen en technische installaties. Dat alle 33 woningen intern zijn aangepast aan de wensen van de bewoners is een groot goed, maar het heeft het bouwproces aanzienlijk bemoeilijkt. Het vraagt veel van de architect en de aannemer, en het is kostbaar.’

CPO Groene Mient in de praktijk

  • De vrijheid om naar eigen inzicht te ontwerpen

  • Het vormgeven van een collectieve, ecologische woonomgeving

  • Het is véél werk, veel overleg en een lange adem is nodig

  • Zelf financiële investeringen doen en het dragen van risico’s

  • Besluitvorming via consent*


*Consent is afkomstig uit de socratische besluitvorming. Een besluit wordt in dialoog voorbereid en
pas genomen als geen van de leden een overwegend bezwaar heeft ingediend. Het gaat om
uitwisseling van ideeën en argumenten op basis van gelijkwaardigheid.

De tuin: buitenruimte voor mens en dier
Er is geen gedetailleerd ontwerp gemaakt voor de binnentuin en ook een beplantingsplan ontbreekt. Dit past in de visie van de bewoners op de tuin, die is gebaseerd op permacultuur. Conny van Leeuwen, een van de bewoners en lid van de Tuingroep: ‘We hebben met elkaar besloten om permacultuur als leidraad te nemen: laten opkomen wat er opkomt en dan kijken wat je ermee kunt. Onkruid kennen we niet; als het mooi en/of functioneel is laten we het staan. We grijpen pas in als bepaalde soorten te veel worden en daarmee andere verdringen.’

De bewoners hebben samen met een tuinontwerper wel een globale indeling gemaakt, waarin de verschillende functies (een moestuin, zitplekken, grasveld, composthopen en later de wadi’s) een plek kregen. Bomen die al op het terrein stonden zijn zoveel mogelijk behouden. Zo is een iep blijven staan en verschillende esdoorns. Voor de bomen die gekapt moesten worden zijn inmiddels 40 bomen terug geplant. ‘Het zijn vooral fruitbomen als
appel- en perenbomen, moerbei en notenbomen. Maar ook bomen die hier in de omgeving groeien en van nut zijn voor dieren, zoals de meidoorn’.

Bij de inrichting en het onderhoud van de tuin houden de bewoners nadrukkelijk rekening met de vogels, insecten en andere kleine dieren. ‘Het bevorderen van de biodiversiteit en het bieden van een goede leefomgeving voor mens en dier zijn de uitgangspunten voor deze tuin’, licht Van Leeuwen toe. De bewoners hebben zelf ook veel biologische geteelde struiken en vaste planten geplant. Hierbij speelt de Tuingroep, waarvan Van Leeuwen deel uitmaakt, een coördinerende rol. Het plant de tuinwerkdagen in en bereidt ze voor, schaft de planten aan en werkt gezamenlijke plannen uit. Alles in onderling overleg met de bewoners.

Om wateroverlast tijdens stortbuien en verdroging tijdens hete periodes tegen te gaan, is de opvang van regenwater een belangrijk onderdeel van de tuin. Daartoe is halfopen bestrating toegepast en zijn vier wadi’s in de tuin aangelegd, waarvan er een als slootje dat meandert langs de huizen. Het regenwater stroomt van de daken en bestrating via gootjes naar de wadi’s, waar water wordt vastgehouden in de bodem. De wadi’s zijn onderling via buizen met elkaar verbonden. Bij hevige regenval zorgt een vlotterklep in een put ervoor dat het overtollige water afgevoerd wordt naar een nabijgelegen sloot.

Lessons learned
Van Leeuwen kijkt vooral met een goed gevoel terug op de afgelopen 5 jaar. ‘De tuin is nog niet af, er zijn nog plekken die we willen ontwikkelen. Maar er is al zoveel werk verzet. En het is mooi om te zien hoeveel animo er nog steeds is onder de bewoners om eens in de maand mee te werken aan het onderhoud van de tuin.’ Als ze een tip mag geven aan andere bewonersinitiatieven voor een gezamenlijke tuin is het: geduld hebben. ‘Doe niet alles tegelijk, kijk wat er al is en wat er opkomt. Leer de bodem kennen, zodat nieuwe planten goed aanslaan. En zorg voor een stuurgroep, die de werkzaamheden coördineert.’

Het verhaal van Groene Mient laat zien dat met een gedegen voorbereiding, goede onderlinge afspraken, onderling vertrouwen en een flinke portie doorzettingsvermogen het voor toekomstige bewoners mogelijk is zelf als projectontwikkelaar op te treden. De vereniging heeft al veel groepen rondgeleid die een dergelijk project willen starten. Een lange adem en een goed gevulde portemonnee zijn in deze tijden van crises, krapte en tekorten echter de belangrijkste eisen.

Back To Top
The Green City uses Googles cookies and scripts to analyse your use of our website anonymously, so we can customise its functionality and effectiveness and display advertisements. We also use Facebook, Twitter, LinkedIn and Google cookies and scripts, with your consent, to enable social media integration on our website. If you wish to change which cookies and scripts we use, you can alter your settings below.
Annuleren